Mens zijn (2). I.M. Gerry Marsden (1942 – 2001)

gravatar

José schrijft naar aanleiding van het stukje over ‘Mens zijn’ het volgende:

Je blog heb ik met veel plezier gelezen. Wat ik me afvraag is, waar jij andere kracht ziet, ofwel genade, waar Nico het vaak over heeft.

Of het gebeurt aan jou…nu is het net of alleen ik alles doe.

Momenteel ben ik veel aan het lezen over het zuivere land en daarin wordt Amida aangeroepen, Namu Amida Bu.

Heel mooi, terwijl ik ook wel eens het gevoel krijg alsof het om een godheid gaat.

Hartelijke groet van José

Ik antwoord:

Ha José,

Ja, ik hoor het Nico zeggen: andere kracht. Ontvankelijk zijn, niet iets doen en je open stellen voor een andere kracht. Iets dat groter is dan ‘ik’. Hij besprak dat vaak als we het hadden over realisatie, inzicht, verlichting. Dat er ook iets is als ‘genade’, naast je eigen inspanningen. Tenminste, zo heb ik het gehoord. En daar gaan we al, het is dus heel persoonlijk wat je hoort en hoe je dat verstaat en wat we doen met deze boodschap.

Maar om op je vraag te antwoorden: ik zie ‘andere kracht’ wel, maar ervaar niet dat dit met ‘genade’ of wat dan ook ingrijpt in mijn leven. Ik kijk met groot respect naar ‘wat groter is dan ik’ en ervaar dat mijn leven zich voltrekt met krachten die volledig hun eigen gang gaan, maar ook dat er ruimte is voor mijn wil en inspanning. Precies in deze ruimte kan ik invulling geven aan mijn mens-zijn. Sterker uitgedrukt: hier ben ik verantwoordelijk voor mijn mens-zijn. Ik zal een voorbeeld geven van hoe ik dit zie.

Bij mijn geliefde voetbalclub Feyenoord zingen we in het stadion “You never walk alone”. Een lied met een religieuze tekst, die zegt dat je nooit alleen bent en dat de ‘andere kracht’ altijd met je meeloopt. Zo bedoelen de meeste voetbalfans dat echter niet. Zij zingen het lied om te laten weten dat de voetballers op het veld door moeten gaan, altijd met steun van hun trouwe fans. Wij staan achter jullie! Mooi, heel mooi, maar hoe is dat als je op het veld staat? Stel je bent keeper, dan is dat steuntje in de rug, fijn, maar ondanks dat moet je gewoon keepen. Niemand anders doet dat voor je! Je moet het zelf doen. En zo kun je voor hetzelfde geld ook zingen ‘I allways walk alone’! En hetzelfde geldt voor alle andere voetballers. Dat is ook de reden dat je veel voetballers een schietgebedje ziet doen voordat ze het veld oplopen. Omdat ze zich alleen voelen roepen ze de ‘andere kracht’ aan. Dit laatste is strikt persoonlijk. De ene voetballer doet het wel, de andere vindt dit niet nodig of zelfs onzin. Als toeschouwer kan ik overigens niet waarnemen of het heel veel uitmaakt. Maar misschien heb ik mijn ogen in mijn zak of ben ik blind voor dit soort verschijnselen.

Zo gebeurt het dus dat ik, net als de voetballers op het veld, tegelijkertijd wel en niet alleen ben. Er staat altijd wel iets of iemand achter me, maar ondanks dat moet ik mijn leven zelf lijden en leiden. Ooit las ik ‘Hoe red ik mijn eigen leven?’ van de Amerikaanse schrijfster Erica Jong. Dit boek maakte indruk, niet zozeer vanwege de inhoud van de vertelling, maar meer vanwege de vragende titel. In mijn latere leven heb ik mijzelf die vraag vaak en steeds weer opnieuw gesteld. Hoe red ik mijn eigen leven? De vraag is een rode draad in mijn leven geworden. Vandaar dat het stukje over mens-zijn van Walpola Rahula uit zijn boek ‘Wat de Boeddha onderwees’ mij zo aanspreekt. Misschien ben ik nog steeds een eigenwijze kleuter, die altijd ‘zelf doen!’ roept of het jongetje dat tegen zijn moeder zei: ‘als ik wil kan ik alles!’ Hoe dan ook, ik denk dat dit mijn ‘handschrift’, mijn persoonlijke inkleuring van zen is, de manier waarop ik zen ervaar en uitdraag. Een ander handschrift dan Nico heeft. Hij vertelde wel eens dat hij als jongetje in de kerk onder de indruk was van het mysterie. Dat is de rode draad in zijn leven geworden. Op de één of andere manier heeft hij als kind de aanwezigheid van de andere kracht gevoeld. Net als Ton Lathouwers, die zich in het diepst van zijn ellende gered heeft gevoeld door Kwan Yin. Dat levert zen op met een accent op respectievelijk de mystiek van Nico en de devotie van Ton. Ik heb dat soort ervaringen niet, ik heb als kind mijn eigen kracht ervaren. Dit bepaalde mijn spirituele zoeken en ik vond mijn eigen kracht terug bij de Boeddha. Met andere woorden, het gaat er niet om of de andere kracht er is en/of helpt, maar hoe je dat ervaart of ervaren hebt in je leven.

Als Namu Amida Bu aanroepen je goed doet, waarom zou je dat dan laten? Je kunt ook ‘You never walk alone’ meezingen! Het gaat er om dat je iets doet wat bij je past.

When you walk through a storm, hold your head up high

And don’t be afraid of the dark

At the end of the storm, there’s a golden sky

And the sweet, silver song of a lark

Walk on through the wind

Walk on through the rain

Though your dreams be tossed and blown

Walk on, walk on

With hope in your hearts

And you’ll never walk alone

You’ll never walk alone

Oscar Hammerstein II, Richard Rodgers. Bekend geworden in de uitvoering van Gerry and the Pacemakers. Zanger Gerry Marsden is onlangs overleden.

Hartelijke groet,

Gerard

Gerard Jansen
woensdag 6 januari 2021

Plaats een reactie:

Je e-mailadres zal niet zichtbaar gepubliceerd worden.

Verplichte velden zijn gemarkeerd met een sterretje*.